Home » Learn More » Lijf en leden » Doe maar normaal…

Doe maar normaal…

Relax More - Doe maar normaal...

Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg

Recent schreef ik een bericht over druk en onderstimulatie en het (niet-)luisteren naar signalen vanuit het lichaam. In mijn vorige artikelje, waarin vooral het luisteren centraal stond, ging ik daar nader op in. Vandaag wil ik graag ingaan op het begrip normaal. Immers: u kunt wel heel bewust zijn van wat er allemaal gebeurt in uw lichaam, maar hoe moet je dat duiden? Is het OK of moet je er iets aan doen? Welke betekenis kunt u hechten aan wat u beluistert?

Normaal?

Het woord normaal is een mysterieus woord. Iedereen weet wat er bedoeld wordt, maar niemand kan het met zekerheid zeggen of aanwijzen. Het wordt meestal gebruikt in de betekenis van doorsnee, doorgaans, gangbaar, gebruikelijk, gemiddeld, gewoon, gewoonlijk, in de regel, in orde, normaliter, regelmatig, standaard (bron). Dat zal u niet vreemd (= normaal…) voorkomen.

Een misverstand dat op de loer ligt, is dat we hetgeen wij normaal noemen – datgene dat voor de meeste mensen geldt of wat de meeste mensen doen of denken – verheffen tot waarheid. Maar normaal is niet synoniem met waar, zoals u ook in de lijst van hierboven kunt zien. Je kunt nooit zeggen: dit is normaal en dus waar.

Er is géén pasklaar antwoord. Toen ik in een grijs verleden in de psychiatrie werkte, kwam ik vaak stickers tegen van de Stichting Pandora, waarop stond “Ooit een normaal mens ontmoet? En… beviel het?” Zoals u leest, ben ik dit nooit vergeten.

Niet normaal?

Maar is er dan helemaal niets te zeggen over wat wel of niet normaal is?
Ik denk het wel, maar met voorzichtigheid. Het siert de mens die zich bewust is van het feit dat hetgeen hij of zij verkondigt wel eens niet waar zou kunnen zijn. Ik hou dus een slag om de arm, en nodig u vooral uit om niet ieder antwoord als waarheid aan te nemen, maar te blijven bevragen bij uzelf.

Laten we eens kijken of we met behulp van enkele stellingen wat zicht kunnen krijgen op wat normaal is en wat niet. Want soms kun je een begrip ook nader verkennen door op zoek te gaan naar wat het in ieder geval niet is…
De stellingen zijn:

  1. Wij zijn dieren
  2. Het lichaam is gemaakt om te bewegen
  3. Wat u niet gebruikt, verliest u
  4. Van te veel bewegen wordt je moe en (misschien) ziek, maar van te weinig bewegen sowieso

Wij zijn dieren

Als u op de bank zit en tv kijkt, zou u het misschien vergeten, maar wij zijn echt dieren. Weliswaar dieren met een ongelofelijk ontwikkeld brein, maar nog steeds dieren. Ons lichaam bestaat uit talloze onderdelen, regelsystemen en functies die we overal in het dierenrijk tegenkomen. Veel van onze gedragingen zijn terug te voeren op biologische (overlevings-)mechanismen.

Ons brein, en dan met name de frontale neo-cortex, met alle hogere hersenfuncties, is hetgeen ons onderscheid van de overige zoogdieren. Dat heeft ons veel prachtige dingen gebracht, maar ook minder mooie.

Het lichaam is gemaakt om te bewegen

We hebben armen, benen, een uitgebreid spierstelsel, gewrichten en botten. Vroeger moesten we bewegen om ons te kunnen voeden, bijv. door knollen, bessen en zaden te vinden, te jagen en hout te sprokkelen om vuur te maken. Zeeanemonen zijn gemaakt om stilstaand (of -zittend?) mee te bewegen met de stroom: ze hebben een zuigvoet waarmee ze zich vasthechten aan de ondergrond.

Soms lijken we wat in de war. We brengen 8 uur per dag liggend in bed door (dat is normaal… 😉 ) en 13 à 14 uur zittend in de auto, op een bureaustoel en ‘s avonds op de bank. En dat beschouwen we als normaal. Maar onze complete anatomie en fysiologie toont aan dat ons ontwerp gericht is op bewegen. Wij zouden ons dus eigenlijk niet als een zee-anemoon dienen te gedragen…

Wat u niet gebruikt, verliest u

Omdat we tegenwoordig ook met de auto boodschappen kunnen doen en deze zelfs online kunnen bestellen en thuis laten bezorgen, is er steeds minder reden om te bewegen om aan voedsel te komen. We hoeven zelden meer te vluchten voor roofdieren of ander fysiek gevaar. Toenemende automatisering zorgt ervoor dat ons werk ook steeds vaker en meer bewegingloos is.

Zoals u weet dat je van het trainen van de spierballen in de sportschool grotere spierballen krijgt, zo is het ook dat je spieren minder krachtig worden als je ze minder gebruikt. Ook gewrichten worden stijf en pezen minder elastisch. Dat is wat mij betreft een niet-betwistbare wetmatigheid. Dat is dus niet normaal, maar waar.
“Use it or loose it” zijn Engelse woorden die het kernachtig uitdrukken.

Van te veel bewegen wordt je moe en (misschien) ziek, maar van te weinig bewegen sowieso

Als u veel beweegt, kunt u blessures oplopen of meer slijtage hebben dan als u niet beweegt. Daarbij neemt door beweging de kans op ongevallen toe. U kunt vallen, een blessure krijgen of onder een auto komen bij het hardlopen. Bewegen is niet zonder risico’s…
Wie de hele dag ligt of zit en weinig beweegt, voelt zich stijf als hij of zij weer in beweging komt.
Wie de hele dag zit en weinig beweegt, voel zich moe. We gebruiken daarvoor soms het woord ‘lamlendig’…

Er is een grote neiging om dingen die we niet prettig vinden uit de weg te gaan. Als je moe bent en je stijf voelt, is het makkelijker op de bank te blijven hangen dan iets te gaan doen. Moeheid is zowel oorzaak als gevolg van te weinig bewegen.
Mensen met depressieve klachten voelen zich moe en zijn vaak te moe om te bewegen. Zo zijn er talloze voorbeelden van vicieuze cirkels van moeheid, lusteloosheid, passiviteit en nog meer moeheid.

Er is veel wetenschappelijk bewijs dat bewegen helpt om gezond te blijven. Zo is bijvoorbeeld bekend dat diabetespatiënten alleen al door meer te bewegen een flinke verbetering van de bloedsuikerwaarden kunnen bewerkstelligen. Bewegen heeft een positief effect op de cholesterolverhoudingen, op onze afweer en ga zo nog maar even door. Neuropsycholoog Erik Scherder noemt zitten zelfs het nieuwe roken.

Van te weinig bewegen wordt je (nog) ziek(er).

Een kwetsbaar lichaam

Het is begrijpelijk dat bewegen met een kwetsbaar lichaam waarlijk een weg is van het vinden van een delicaat midden. Een midden dat gevonden dient te worden met behulp van lichaam én geest. Hierover gaan we het de volgende keer hebben, in het laatste deel van dit vierluik.

Over de schrijver

Abonneer
Laat me weten als er
guest
0 Reacties
Inline reacties
Bekijk alle reacties
0
Wil je een reactie geven op dit artikel? Cool!x
Scroll naar boven