Zodra we onze fouten en zwakheden gaan beschouwen als ingrediënten, kunnen we een ander perspectief krijgen. De dingen die we normaal gesproken als fouten zien kunnen iets extra’s geven aan een maaltijd. Maar we moeten ze wel met mate gebruiken, want het is een beetje ‘tricky’, net als met hete pepertjes of chili. We moeten ze voorzichtig doseren.
Onze tekortkomingen kunnen zeer leerzaam zijn. We kunnen leren inzien hoe ze werken, zonder onszelf verder te verwarren met het veroordelen van onze fouten. Misschien een lastige gewoonte om te doorbreken, maar zeker de moeite waard.
De eigenschap die we als tekortkoming of fout kwalificeren, hoort bij ons; is een deel van ons. Als we bijvoorbeeld de neiging hebben om lui te zijn, hoeven we geen speciale moeite te doen om lui te zijn, of hoeven we niet te proberen om lui te zijn. Als we heetgebakerd zijn, hoeven we niet te oefenen om een kort lontje te hebben. We zijn al zo.
Onze tekortkomingen bevatten een enorme hoeveelheid energie. Die energie kan op een destructieve- of op een constructieve manier gebruikt worden.
Zo beschouwd zou je kunnen zeggen dat hoe meer tekortkomingen er zijn, des te meer ingrediënten je hebt. Boosheid bijvoorbeeld, kan een smaakmakend ingrediënt worden. Als je de neiging hebt snel boos te worden, probeer het dan niet te ontkennen of te blokkeren. Probeer het ook niet te analyseren. Laat boosheid opkomen zodat je boosheid volledig kunt ervaren. We zitten in meditatie met boosheid. We worden boosheid. Als we dat doen, kunnen we zien waar boosheid over gaat.
Boosheid kan dan transformeren in iets constructiefs, bijvoorbeeld vastberadenheid.
Vrij vertaald uit ‘Instructions to the Cook’, door Bernie Glassman & Rick Fields.