Een doordenkertje over de kracht van zacht bewegen…
“De deur klemt, gewoon hard trekken”. Dit advies vond ik op een handgeschreven briefje naast de vaatwasser van een clubgebouw. Daar waren we met een groep tijdens een Tai Chi opleidingsdag. De problemen ontstonden al bij de eerste lading vuile koffiekopjes. De deur klemt en niet zo’n beetje ook. Hij zit muurvast.
Een hilarisch tafereel ontvouwt zich. De ene na de andere Tai Chi beoefenaar rukt en trekt aan de deur. Geen spoor meer van subtiel bewegen. Met het hengsel als grootste verliezer. Dat begint steeds meer te wiebelen. Na een tussenactie met een mes en nog een andere ijzeren wig wordt de beheerder gebeld. Deze komt, wrikt met behulp van een zwaar uitgevallen mes en de sluiting laat met een knal los.
Bij navraag blijkt het probleem al lang te bestaan. De leiding overweegt inmiddels vervanging. Dit alles triggert mijn nieuwsgierigheid. Wat klemt er eigenlijk? Een fonkelnieuwe machine is toch met één hand zacht en soepel te openen en te sluiten. In mijn lange historie als hoofd van een kloosterkeuken heb ik menig machine weer aan de gang gekregen. Dus een leuke uitdaging.
Ik zal jullie de technische details besparen, maar de kern van het probleem waren twee ijzeren veertjes. Twee ijzeren veertjes! Alles wat die nodig hebben voor jarenlang plezierig gebruik is een dotje smeervet. Zeg maar, een beetje zorgvuldige aandacht. Niet meer dan 2 keer 10 minuten per jaar. En daar is dus niemand op gekomen. Wat dan wel?
Gewoon harder trekken en als dat niet meer werkt… weggooien.
Geen vet betekent roest, verlies van soepelheid en functie. Mijn oplossing die middag: een vette klodder bakmargarine (bevat geen water) en geduldig steeds dieper in het veermechanisme werken. Tijdsinvestering: kwartiertje zoeken naar een smeermiddel en 5 keer een paar minuten lekker klodderen rond het sluitmechanisme.
Beloning: de klep opent en sluit als een zonnetje zo zacht, met lichte druk van één hand.
Een collega Tai Chi’er riep gelijk “wat een prachtige metafoor voor hoe we vaak met ons lichaam omgaan”. Natuurlijk, we kunnen onszelf niet bij het grofvuil zetten en een nieuwe rug of knie bestellen. Maar ga eens bij jezelf na. Ga je ook gewoon door op de oude voet, al gaat het hier of daar een beetje haperen?
Gewoon doorgaan zonder aandacht voor wat er echt nodig is. Gewoon een beetje harder duwen of trekken als een beweging niet lukt. Of abrupt opeens gaan sporten en je dan oprecht verbazen dat je een blessure oploopt.
Je lichaam als gebruiksvoorwerp waar je niet echt voor zorgt. Het kan anders. Daar heb je heus geen spectaculaire actie voor nodig: de kracht zit in regelmatig zacht bewegen met aandacht.
De bonus: je lichaam zorgt zelf voor het vernieuwen van de natuurlijke smering.
Hoe zeiden onze ouders dat ook al weer: “rust roest”…